Als ik oversteek naar mijn auto, ik heb de hele dag gewerkt, ruik ik het.
Hoe zal ik het eens omschrijven?
Het ruikt naar papa en ome Hink, Johnny, opa en oma. De broodjes die oma bij zich had komen direct omhoog in haar grote rechthoekige tupperwarebak met rode deksel. Niet te vergeten de zakjes met kaas en worst. Kirsten en Niels waren nog klein maar ik hielp al mee. Het huis wat mijn ouders gekocht hadden, een oude bakkerij werd verbouwd en ik kan me niet herinneren dat Opa, oma, Hink en Johnny er niet waren. Ik zie de blauwe container in de tuin staan en papa die door de tuin loopt in zijn grijze stofjas over zijn blauwe overal. Opa had zijn werk pet op. Dat was diegene met verf op de klep die hij altijd bij kirsten en mij opzette. De cementmolen draaide en niks lekkerder dan even met je handen door dat cement. Niks zo zacht dan die kleine korrels. Papa stelde het hulpmiddel om meerdere stenen tegelijkertijd te verslepen af op een kinderstandje (dat wil zeggen, 3 stenen denk ik?) en ik sleepte ze heen en weer. Als Hink zand nodig had dan bracht ik dat in mijn roze kruiwagentje, mijn handen waren ijskoud maar dat mocht de pret niet drukken. Oma rende in het rond voor hand en span diensten en mama kwam af en toe koffie en thee brengen en zorgde voor het eten. Ik ruik het zand aan de overkant en denk terug aan die goede oude tijd. Heerlijk dat dit warme gevoel en al deze mensen terugkomen bij een specifieke geur. Ik vraag me af wat er veranderd is en ik besef me, afgezien van opa die niet meer bij ons is….. eigenlijk niks.